'Ik ben te lief denk ik, ze weten dat ik geen stampij maak''

Elson Hooi gold in de jeugdopleiding van NAC Breda als één van de grote beloften voor de toekomst. Toen de 27-jarige vleugelaanvaller nog bij Jong NAC speelde, droomde hij al van het spelen van duels in de hoofdmacht.

"Als ik die wedstrijden keek in het stadion, had ik al zin om mee te doen, haha", vertelt Hooi in gesprek met ELF Voetbal. "Ik wist ook zeker dat ik het ging halen. Ik realiseerde me donders goed dat ik hard moest blijven werken en alle goede adviezen moest oppikken. En als ik het even niet meer zag zitten, waren daar altijd mijn zaakwaarnemer en familie om me weer op te peppen."

Hooi leerde dat discipline een woord was dat hij in zijn hoofd moest beitelen. "En zelfvertrouwen. Maar ook goed luisteren, goed kijken. Niet te gauw tevreden zijn ook. Dat drukte mijn moeder me ook altijd op het hart. We belden toen om de dag met elkaar. Als ik dan zei dat ik had gescoord, vroeg ze waarom ik er geen twee had gemaakt, haha", vervolgt hij.

In Breda werd Hooi uiteindelijk het slachtoffer van de defensieve speelstijl die Nebojsa Gudelj door de bestuurlijke crisis van destijds hanteerde. "Ik ben te lief, denk ik. Ze weten dat ik geen stampij maak. Ik heb dat sindsdien vaker meegemaakt. Mijn zaakwaarnemer zegt dat die zachtaardigheid mijn vriend én vijand is", aldus Hooi.

Lees meer:
0 reacties